Het folkloristisch festival van 29 juli tot 1 augustus in Hoogstraten (Belgie) is voor Volksdansgroep Oriënt uit Culemborg op alle fronten een daverend succes geweest. Het zijn vier schitterende dagen geweest, waar we met veel plezier op terug kijken.
De vendeliersvereniging uit Hoogstraten, de Gelmelzwaaiers, hebben hun ervaringen, opgedaan op hun ontelbare reizen naar buitenlandse festivals, voortreffelijk gebruikt voor het organiseren van hun eigen festival. Zij hebben een indrukwekkende lijst van landen waar zij de afgelopen jaren te gast geweest zijn, van heel Europa tot Amerika, China, Japan, Equador, Macao, Brazilië, Taiwan, Zuid Korea tot Kenya toe. Dat zij daar veel ervaring opgedaan hebben op organisatorisch gebied, bewees dit festival; dat van begin tot eind perfect geregeld was.
Het avontuur begon op donderdagavond met een gastvrije ontvangst in de Rabboeniezaal in Hoogstraten, waar we, onder het genot van een drankje, voorgesteld werden aan de gastgezinnen. Een leuk misverstand zorgde nog voor enige hilariteit, toen bleek dat Mijco en Jolanda (2 leden van Oriënt, wel man en vrouw, maar niet samen getrouwd) ingedeeld waren als zijnde twee dames en samen EEN bed zouden moeten delen. Na even wat ruilen van gastgezinnen kregen zij ook ieder een apart bed en vertrok iedereen naar de verschillende gastgezinnen voor de eerste kennismaking. Het contact verliep heel gemakkelijk omdat er tussen Hoogstraten en Culemborg natuurlijk geen taalbarriere bestaat. Dat was wel moeilijker met b.v. de Braziliaanse, Italiaanse en Tsjechische groepen, die ook op het festival uitgenodigd waren, en ook in gastgezinnen verbleven, evenals een groep uit Engeland. In totaal waren er in Hoogstraten en zijn buurtgemeentes meer dan 100 buitenlandse dansers ondergebracht.
De vrijdagochtend was vrij en werd voornamelijk in Hoogstraten zelf doorgebracht met bijvoorbeeld een bezoek aan het Gelmelslot (het kasteel van Elisabeth van Culemborg en Antonie de Lalaing van Hoogstraten), helaas alleen van buiten te bezichtigen, omdat het nu dienst doet als gevangenis. Of een bezoek aan een van de andere bezienswaardigheden, zoals de grote St. Catharinakerk en het stadhuis, allebei van de architect Rombout Keldermans, zoals ook het Culemborgse oude stadhuis en die gelijkenis is heel goed te zien. Vrijdagmiddag vond het eerste optreden plaats in een rusthuis in de "omgeving van Hoogstraten" en voor Oriënt betekende dat even terug naar Nederland, naar het Rusthuis Elisabeth in Breda. Samen met enkele vendeliers en een deel van de Engelse groep is daar na de middagmaaltijd (heerlijk in de tuin) een voorstelling verzorgd. Dit alles onder zeer warme, niet hollandse omstandigheden, in dikke kostuums met wollen Volendammer broeken, dikke zwarte pantys en geitenwollen sokken in de klompen. Na afloop van het optreden heeft onze dansleidster Petra van Koelen nog even uitleg gegeven over bepaalde teksten van liedjes van de Brabants Leven serie, omdat er opmerkingen uit het publiek kwamen over ons taalgebruik in deze liedjes. Deze serie met middeleeuwse taferelen omvat ook een weversdans, waarbij de wever een 'paddevoet" schiet en dat betekent een weeffout. Hij wordt daarvoor op het matje geroepen en de term 'krijg de kolere' valt dan nogal eens. Zo ook is er tegenwoordig een misverstand als de Flikkerpotpourri gedanst wordt, waarin de flikker een bepaalde sprong is. De dames in Breda hadden goed opgelet en lieten zomaar niet alles over zich heen komen, een van hun ontlokte ook nog een kusje van Kars (een van onze mannen) nadat hij een hele rij meisjes gekust had vroeg zij ook een kusje, dat prompt gegeven werd. Na dit optreden weer snel terug naar België, waar de gastgezinnen alweer met de maaltijd zaten te wachten.
Vrijdagavond was de eerste voorstellingsavond in de Rabboenizaal, die geopend werd door de Vendeliers uit Hoogstraten, gevolgd door de Hoogstratense gepensioneerden dansgroep die een viertal dansen liet zien. Verder was het de beurt aan de buitenlandse groepen, die gezamenlijk een mooie gevarieerd programma toonden. Vooral Italië en Brazilië met hun kleurrijke kostuums en temperamentvolle dansen brachten een geweldig schouwspel ten tonele, Engeland viel met name op door de volle mooie stem van de zangeres en van de Tsjechen had iedereen eigenlijk iets meer verwacht. Zij droegen werkelijk schitterende kostuums, de meisjes leken wel poppetjes met hun gesteven rokjes, maar het dansen was een beetje mat. Er werd wel veel gezongen, maar het leek allemaal een beetje teveel op elkaar. Oriënt kwam deze avond met de Hollandse serie uit Marken en Volendam die op klompen gedanst werd, wat nog niet meeviel omdat de vloer wel erg glad was. Het voordeel in België is natuurlijk wel dat onze liedjes wel verstaan werden en goed door het publiek ontvangen werden. De meiboomdans werd een beetje rommelig uitgevoerd door de grote gladheid, maar gelukkig kwamen de linten niet in de knoop. Het publiek was vol lof over deze serie, omdat het een aaneengesloten choreografie was. Ook de Achterhoekse Bruiloftsserie die speciaal voor dit festival was ingestudeerd, oogstte veel succes.
De andere groepen deden veel losse dansen, waardoor er iedere keer weer pauzes vielen. Na afloop van de voorstelling was er live muziek van de verschillende groepen en werd er tot in de late uurtjes doorgedanst. Dan heeft niemand last van een taalbarriere, want om samen te dansen heb je geen woorden nodig. Erg populair bij de jongelui was een kringdans van de Italianen, waarbij een jongen met een sjaaltje een meisje uitkiest, waarmee hij dan samen op dat sjaaltje knielt en een kusje krijgt. Daarna is dan het meisje aan de beurt om een jongen te kiezen. Hierbij was een van onze jongste meiden erg populair, en met haar lange blonde haren heeft ze menig Italiaan en Braziliaan het hoofd op hol gebracht.
Zaterdagmorgen stond een bezoek aan Antwerpen op het programma, waar vanaf de Grote Markt een gids een rondleiding verzorgde. Na een uitstekende picknick, in de schaduw, op de kade naast de Schelde, was de middag vrij en die werd door de meeste van ons doorgebracht op een terrasje met een lekker belgisch biertje. In een Breughels cafe troffen we nog een ober, die exact hetzelfde kostuum aan had als waar wij onze Brabants Leven serie in dansen. De mosselfeesten waren inmiddels in volle gang en de sfeer in de stad was, ondanks de hitte, erg gezellig. Tijdens het wachten op de bus hebben we nog kunnen genieten van het Admiraalszeilen, waar ook vele hollandse boten aan meededen.
Voor zaterdagavond stond de tweede voorstelling op het programma, ook nu weer in de mooie Rabboenizaal, waar het publiek, gezellig aan tafeltjes met een drankje, het geheel kon volgen. Deze avond maakte Oriënt erg veel indruk met de Brabants Leven serie, die het leven uitbeeldt uit de tijd van Breughel, de bekende Vlaamse schilder uit de 16e eeuw. Deze serie begint met een tableau vivant, wat prachtig uitkwam tegen de schitterende achtergrond en meteen al een applaus opleverde. Er wordt dan een schilderij uitgebeeld, waarbij de schilder, een voor een, de dansers tot leven laat komen. De rest van de avond kregen we steeds weer komplimenten voor dit prachtige "schilderij". Ook deze avond werd weer afgesloten met gezellig samen dansen tot in de late uurtjes. Daarbij bleek er bij de organisatoren uit Hoogstraten belangstelling te zijn voor de exemplaren van de Culemborgse Courant waarin het festival werd aangekondigd.
Zondagmorgen was ook een vrije ochtend om te besteden in Hoogstraten, de toren van de St. Catharinakerk kon beklommen worden (400 treden) voor de fanatiekelingen onder ons. Het leverde een heel mooi uitzicht op en, na een paar dagen Hoogstraten, was het niet moeilijk om bepaalde gebouwen te herkennen van bovenaf. Zoals het schitterende Begijnhof, dat pas in mei 1999 officieel geopend is, na een werkelijk fantastische restauratie. Daar mag Hoogstraten met recht trots op zijn.
Na een laatste middagmaaltijd bij de gastgezinnen, was het om 14.00 uur tijd voor de optocht naar het stadhuis voor het laatste optreden. Tegelijkertijd was er op dat stadhuis een ontvangst voor een afvaardiging van alle groepen door de Burgemeester van Hoogstraten. Na een toespraak en het tekenen van het gastenboek, werden er kado's uitgewisseld en ontving Oriënt een mooie pentekening van het stadhuis van Hoogstraten en een bord van keramiek met het wapen van Hoogstraten.Helaas viel er tijdens de optocht al een klein zomers buitje, tijdens het optreden van de Vendeliers uit Meersel Dreef begon het echt behoorlijk te plenzen. De vlaggen werden flink nat en daardoor zwaar, zodat de mannen steeds meer moeite kregen om er de figuren mee te zwaaien. Het programma werd even onderbroken voor de zomerse bui, bepaalde gesteven kostuumonderdelen, bijvoorbeeld de Volendammer Hullen (mutsen) worden helemaal slap als ze nat worden en dus moesten we wel even schuilen onder de parasols, die eigenlijk tegen de zon opgesteld stonden. Het klaarde gelukkig snel op, zodat de rest van het programma toch weer in de zon kon plaatsvinden. Deze middag stond meer in het teken van de Vendeliers, die buiten meer de ruimte hebben om hun kunsten te vertonen. De jeugdleden lieten zien dat je ook kunt vendelen op moderne muziek en er waren ook gastoptredens uit Meersel Dreef en Oostrozebeke. Als afsluiting werd er met de vlaggen van alle nationaliteiten op het Vredeslied gevendeld, waarna alle groepen in hun eigen taal nog afscheid namen van het publiek.
Na dit feestelijke optreden was er een afscheidsreceptie in de Rabboenizaal waar een heerlijke broodmaaltijd klaar stond voor alle gasten met hun gastgezinnen. Ook na het officiele afscheidstoespraakje en uitwisselen van wederzijdse kadootjes was het nog moeilijk om afscheid te nemen van Hoogstraten en de verschillende gastgezinnen in het bijzonder. We zijn er zo fantastisch ontvangen, dat we terug kunnen kijken op een hartverwarmend weekend en dat kwam niet alleen door het warme weer.